Wereldwijde fascinatie voor Homo Ludens
Naast Het Achterhuis, het dagboek van Anne Frank, is Homo Ludens van wijlen Johan Huizinga het meest vertaalde boek van Nederland. Historicus Huizinga stelde dat de mens een ‘homo ludens’ is, ‘een spelend mens’. Dat wat de mensheid cultuur noemt, was volgens Huizinga het resultaat van spel. Daaruit vloeide eveneens de stelling voort dat de ontwikkeling van onze cultuur in gevaar komt, wanneer we als mens niet meer kunnen spelen. Ook vandaag de dag is de zienswijze van Huizinga nog ongekend populair in binnen- en buitenland. Waar komt deze fascinatie voor de Homo Ludens vandaan?
Homo Ludens van Johan Huizinga (1872 – 1945)
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, is het belangrijk Huizinga’s Homo Ludens tegen de tijdsgeest te plaatsen waarin het werd geschreven. In de grimmige jaren voor de Tweede Wereldoorlog voltooide Huizinga deze beroemde studie. Het was een tijd waarin dictatorschap in zowel Duitsland als Rusland in opkomst was. Huizinga wilde met zijn boek een tegengeluid laten horen. Een lofzang op de vrijheid. Het is immers alleen in vrijheid mogelijk om spel te kunnen ontplooien en daardoor cultuurontwikkeling te realiseren.
Definitie van ‘spel’
Vraag twee mensen om de definitie van het woord ‘spel’ en je zult ongetwijfeld twee verschillende antwoorden krijgen. Hoe moeten we dan het ‘spel’ van Huizinga interpreteren? Volgens Huizinga is spel ‘een fenomeen dat zich voordoet op het moment dat de mens zijn of haar primaire levensbehoeften heeft bevredigd’. Dit was volgens Huizinga dan ook de reden dat spel aan de basis staat van cultuurontwikkeling. Daarbij benadrukte de historicus de voorwaarde dat spel een vrije handeling moet zijn. Ook direct nut en materieel belang moeten ontbreken en het spel moet een ordelijk verloop hebben.
De valsspeler
In onze huidige maatschappij wordt het spel nauwelijks nog gespeeld zoals het door Huizinga gedefinieerd is. Denk alleen al aan de sportcultuur. Direct nut en materieel belang zijn vaak onlosmakelijk verbonden met de sportwereld. Manipulatie voert regelmatig de boventoon waarbij de vrijheid in handelen beperkt wordt. Ook lijkt de valsspeler een steeds belangrijker aandeel te krijgen. Dit is niet alleen het geval in de sport door bijvoorbeeld dopinggebruik, maar ook in de muziekindustrie, de politiek en de bankenwereld. Valsspelen is aan de orde van iedere dag. Huizinga benadrukt in zijn boek ‘Homo Ludens’ dat de valsspeler nooit de overhand moet krijgen. Het spel is dan gedoemd uit elkaar te vallen.
Het spel der digitalisering
De vraag rijst wat Huizinga zou vinden van onze digitale ontwikkelingen aan het begin van de 21e eeuw? De spelregels van de virtuele realiteit lijken de ‘echte wereld’ steeds meer te gaan beïnvloeden en andersom. De ‘spelende mens’ moet in het enorme aanbod zijn of haar voorkeuren zien te kiezen en dat is geen eenvoudige opgave. Ontwikkelingen in de digitalisering volgen elkaar in een razendsnel tempo op. Wil je het digitale spel eigenlijk wel spelen? Er lijkt geen ontkomen aan. Onze vraag waar de huidige fascinatie voor Huizinga’s gedachtengoed vandaan komt is in ieder geval beantwoord. De Homo Ludens, ‘de spelende mens’, van Huizinga is van alle tijden en zal dat ook altijd blijven.